Dit gerecht is een klassieker uit mijn studententijd. Mijn huisgenoot Karel maakte altijd een pan vol en kon hier dagen van eten. Dit gerecht is goedkoop, relatief snel klaar, vult goed en je kunt veel porties van eten of invriezen!
Bereidingstijd: 30 minuten
Materiaal
- een kookpan
- een grote wokpan
Ingrediënten (voor 6 personen)
- 3 rode paprika’s
- 3 preien
- 1 ui
- 2 el sambal
- 1/2 rode peper
- 2 cm gember
- 2 knoflookteentjes
- scheutje witte droge wijn
- 400 gram witte snelkookrijst
- 200-300 gram makreel
- 3 eieren
- Olijfolie, peper en zout
Bereiding
Zet om te beginnen een pan met kokend water en zout op om de rijst te koken. Snijd de knoflook, rode peper en gember zo fijn mogelijk. Snijd de ui in dunne ringen, de paprika in dunne slierten over de lengte en de prei ook in ringen.
Ondertussen kookt je water en voeg je de rijst toe. Verhit in de wok een scheut olijfolie en bak op een redelijk hoog vuur kort de knoflook, gember, rode peper en ui. Blus ze met de scheut witte wijn. Voeg als de wijn verdampt is twee scheppen sambal toe. Voeg daarna de slierten paprika toe en bak 2-3 minuten. Voeg daarna de prei toe. Deze moet een beetje knapperig blijven, dus hoef je niet heel lang te bakken.
Giet na 8-10 minuten de rijst af. Ontvel de makreel en voeg deze in stukken in de wokpan toe. De vis is zo vet en zacht dat je dit niet per se met een mes hoeft te doen. “Verbrokkelen” tussen je vingers gaat ook prima, maar je moet ze daarna wel vier keer wassen 😉 Voeg daarna de rijst toe en hussel alles goed door elkaar. Gooi tot slot de drie eieren los boven de wokpan den blijf husselen zodat het ei goed stolt en zich verdeelt. Breng op smaak met peper en zout en klaar is je nasi!